Zwijndrecht-Kathmandu

26 april 2013 - Kuala Lumpur International Airport, Maleisië

Dacht je lekker op tijd weg te gaan, lopen de wegen naar Schiphol heel snel vol: stress.Terwijl we al aan de koffie zouden moeten zitten met Han en Stella op Schiphol, kus ik Anneke om 9.55 gedag op Rotterdam Centraal en ben ik in 25 minuten met de Fyra((!!) op Schiphol. Ik vind die Fyra zo slecht nog niet.Zit 12 uur naast een Aziatische vrouw die bijna niet beweegt en maar 1 keer naar de wc hoeft. Ze praat niet maar knikt en schud alleen maar de stewardessen. Nou ja, beter dan een baby naast je die last heeft van de reis zoals een paar stoelen verder.We vliegen van de ene kant van het euraziatiasche vasteland naar de andere kant maar ik zie er niks van. Zit boven de vleugel en de vrouw naast me heeft daarvoor ook al geen belangstelling en doet al snel het luik dicht. In het donker landden we op Kuala Lumpur waar de pinautomaten mijn geldpassen niet 'valid' vinden. Ben benieuwd hoe ver je komt met €20.Moet 2 uur wachten op m'n vlucht naar Kathmandu. Heb nog boterhammen met  ham die ik opeet terwijl het langzaam licht wordt in Maleisië.Alle grote en luxe merken  zijn vertegenwoordigd in winkelboulevards op het vliegveld. Maar een werkende pinautomaat voor mijn passen zijn er niet. Nu maar hopen op Kathmandu.Bij de landing op Kathmandu schieten we bijna voorbij de afslag richting terminal maar mbv een geslaagde soort noodremactie van de piloot kunnen we nog net afslaan. Ook hier kunnen de immigratieofficieren afblaffen merk ik wanneer ik vraag of het visum ook met euro's te betalen zijn. In de hele hal is 1 computer te zien, er zit een tiental bezwete mannen gele immigratiekaartjes te tellen achter oude eiken bureaus. Op het  platform landen nog twee vliegtuigen met passagiers. Maar goed, $40 per kaartje levert toch wel wat op. Andere de andere kant zijn daar ook weer 4 mensen voor nodig waar we langs moeten lopen.Het bordje met met naam zie ik aan de overkant van de terminal omhooggehouden worden door, naar later blijkt, Sam. In de Toyota rijden we slalommend door stoffig en heet Kathmandu. Hier en daar een grote koe op de weg en veel bouwval. Motoren hebben de overhand in het straatbeeld. Overal prikken ze tussendoor. Veel mensen met stofkapjes en onverharde wegen.Inmiddels ben ik al de dunne, zeker van dat buteten in het vliegtuig. Jezus, wat een middelmatigheid. Enfin, maar aan de crackers, zo erg is het ook nog niet.Prima hotel heeft Trekking Team geregeld, straks wordt ik opgehaald en lopen we naar het bureautje van 'mister Ram', zoals Sam eerbiedig zei. Stofhappen.
Ram belt dat ik zo wordt opgehaald met de motor. We schuren langs volle minibusjes, slalommen door overstekend voetgangers heen en missen op een haar na een bus. Maar het is wel leuk. Toch blijken er regels te zijn. Een ervan is dat je je absoluut niet druk moet maken, ook niet als een auto een smal steegje volledig verstopt. Geen gescheld en geschreeuw, het ongeduldig trommelen op de achterkant van de auto is nog het wildste.
Ik breng wat geld voor de trekking bij Ram en co, morgen en overmorgen de rest als de pinautomaten meewerken. We praten wat over van Persie en Gullit en waarom Oranje nooit een prijs pakt. Ook hier bewondering.
Zonder te verdwalen loop ik via Thamel, de oude markt- en winkelwijk van Kathmandu. Terug naar het hotel. De lucht is bijna te snijden van de luchtvervuiling. Mijn ogen beginnen te prikken als ik onder de douche stap.

Foto’s